Anna Blaman (Ben Liever Als MAN) is een openlijk lesbisch schrijfster. Haar romans en verhalen worden evenzeer bewonderd, bijvoorbeeld door een collega als S. Vestdijk, die haar stilistische – en compositorische kwaliteiten prijst, als verguisd door critici uit de confessionele hoek. In 1949 vindt er zelfs een Boekentribunaal plaats, waar Blaman wordt aangeklaagd op grond van literaire tekorten. Na haar dood in 1960 raakt haar werk wat in de vergetelheid, maar sinds kort is er sprake van een duidelijke herwaardering.
Jeugd
Johanna Petronella Vrugt wordt geboren uit het tweede huwelijk van haar vader Pieter Vrugt en Johanna Wessels. Pieter Vrugt is een succesvol winkelier en eigenaar van vier fietsenwinkels. Zijn dochter kan slecht met hem overweg vanwege zijn hardvochtigheid. Hij sterft op 44-jarige leeftijd. Zijn vrouw verkoopt de winkels en neemt een pension over, dat als het pension van familie De Watter voorkomt in Vrouw en vriend. In 1920 wordt Anna Blaman (het pseudoniem dat ze aanneemt als ze gedichten wil publiceren) leerling van de Rijksnormaalschool aan de Persoonshaven in Rotterdam. In 1924 haalt ze haar onderwijsacte, twee jaar later haar hoofdacte.Tot 1934 is ze onderwijzeres op diverse scholen, maar een vaste aanstelling krijgt ze niet. In die jaren is ze bevriend met W. Brusse van Brusse’s Uitgeversmaatschappij, zij laat hem haar werk lezen. In 1929 heeft ze de roman Peter Minne gereed, die bij Brusse zou verschijnen, maar ze vindt het manuscript uiteindelijk toch niet geschikt voor publicatie. Al tijdens haar kostschooljaren is zij zich bewust geworden van haar homoseksualiteit. Ze wordt begin jaren dertig verliefd op een voordrachtskunstenares, die als Sara Obreen in Vrouw en vriend figureert.