De Beatrijs is het voorbeeld bij uitstek van een Maria-legende, zoals er in de Middeleeuwen wel meer zijn geweest. Van het verhaal zijn zeker vijftig varianten bekend in diverse West-Europese talen. Het verhaal moet aan het begin van de dertiende eeuw zijn ontstaan. De oudste versies zijn door de monnik Caesarius van Heisterbach in 1222 en 1237 in zijn Dialogus Miracolorum en Libri octo Miracolorum opgetekend. Het handschrift van ‘de Beatrijs’ bevindt zich in de Koninklijke Bibliotheek en als datering wordt 1374 vermeld. Omdat het manuscript titelloos is, spreekt men in het algemeen over ‘de Beatrijs’, die sinds 2006 een eigen website kent.
Het verhaal
In een voornaam klooster is Beatrijs, een jonge non, kosteres. Zij wordt verteerd door liefde voor een jongeman die zij lange tijd niet meer heeft gezien. Ze ontmoeten elkaar weer buiten de muren van het klooster onder de egelantier (rozenstruik, symbool van de liefde). Met hem beleeft ze zeven mooie jaren, samen krijgen ze twee kinderen. Als hun geld op is, verlaat hij haar en moet ze als prostituée aan de kost komen. Eenmaal in de buurt van haar oude klooster informeert ze daar naar de weggelopen kosteres. Tot haar verbazing hoort ze dat die nooit is weggeweest. Maria heeft de rol van Beatrijs overgenomen, haar zondig vertrek is derhalve nooit opgemerkt. Ze keert terug, de abt aan wie ze haar levensloop biecht, ontfermt zich over haar kinderen.
Symboliek
Beatrijs verneemt in drie visoenen dat ze terug moet keren naar het klooster. Maria wordt hulde gebracht in vijf regels. Vijf is een belangrijk getal omdat de naam Maria vijf letters telt. Het leven van Beatrijs speelt zich af in periodes van zeven jaar, zeven is een heilig getal. Ze leeft zeven jaar in zonde met haar vriend, daarna zeven jaar in bittere armoede en keert dan naar het klooster terug, waar Maria haar taken veertien jaar heeft vervuld. Als ze het klooster verlaat, is ze in het wit (kleur van de reinheid), haar geliefde heeft een blauw kleed meegebracht (kleur van de liefde). Nog altijd zijn in de katholieke kerk wit en blauw de Mariale kleuren.