Godfried Bomans is één van de eerste mediapersoonlijkheden in Nederland. Door zijn optredens in quizzen en tv-shows wordt hij een bekende Nederlander. Zijn imago als lolbroek heeft de waardering voor zijn literatuur vaak in de weg gezeten. Zijn houding tegenover de katholieke kerk was ook kritischer dan menigeen dacht. Bomans overlijdt op achtenvijftigjarige leeftijd.
Haarlem
Godfried Bomans wordt op 2 maart 1913 geboren in Den Haag. Hij is het vierde kind van vader Johannes Bomans en moeder Arnoldina Reynart. Na Godfried worden nog drie kinderen geboren. In augustus 1913 verhuist het gezin naar Haarlem. Met die stad zal Godfried Bomans de rest van zijn leven hartstochtelijk verbonden blijven. Zijn opvoeding in het katholieke gezin is echter zeer streng en Bomans’ relatie met zijn vader is moeizaam.
Al op het Triniteitslyceum in Overveen openbaart zich het schrijverstalent van Godfried Bomans. Hij publiceert veel in de schoolkrant en zetelde zelf ook al gauw in de redactie. Na het halen van het gymnasiumdiploma schrijft Bomans zich in voor de rechtenstudie in Amsterdam. Als student ontwikkelt hij zijn schrijverschap steeds verder. In 1937 verschijnt zijn officiële debuut, Memoires of gedenkschriften van Mr. P. Bas. Deze humoristische ‘memoires’ van de gefingeerde politicus Pieter Bas trekken meteen de aandacht. De studie rechten in Amsterdam bevalt Bomans niet. In 1939 verhuist hij naar Nijmegen om daar wijsbegeerte en psychologie te gaan studeren. Het katholieke Nijmegen ligt hem veel meer. In Nijmegen ontmoet hij Gertrud Maria Verscheure, bijgenaamd ‘Pietsie’, met wij hij in 1944 trouwt. Het kerkelijk huwelijk kan vanwege de oorlog pas in augustus 1945 worden voltrokken. Godfried en Pietsie Bomans krijgen één dochter: Eva. Zij werd geboren in 1960.
Erik of het klein insectenboek
Bomans’ grote doorbraak vindt plaats in het begin van de oorlog. In 1941 verschijnt Erik of Het klein insectenboek, een sprookjesachtig verhaal over het jongetje Erik dat verdwaalt in een fantastische dierenwereld. Het boek beleeft vele herdrukken. Dat juist dit sprookjesboek in de oorlog zo aanslaat, is waarschijnlijk geen wonder. Het boek stelt een warme fantasiewereld tegenover een harde bezetting. Tijdens de oorlog vertoeft Bomans zelf allesbehalve in een fantasiewereld. In 1941 overlijdt zijn vader. In 1943 neemt hij Joodse onderduikers in huis. Hij wordt er door de staat Israël voor gehuldigd met de Yad Vashem-onderscheiding. Aan het einde van de oorlog moet Bomans zelf onderduiken om tewerkstelling te vermijden.