Vincent van Gogh is één van de beroemdste schilders ter wereld. Zijn doeken zijn miljoenen euro’s waard. Het Van Gogh Museum in Amsterdam, waar veel van zijn werk permanent te zien is, trekt jaarlijks tienduizenden bezoekers. Van Gogh heeft talrijke baantjes en maakt veel omzwervingen voordat hij zich helemaal aan het schilderen wijdt. In een periode van ruim tien jaar ontstaan talloze meesterwerken. Zijn faam groeit eerst na zijn dood. Over de totstandkoming van het werk, zijn getourmenteerde leven en zijn inspiratiebronnen heeft Van Gogh uitgebreide brieven geschreven, vooral aan zijn broer Theo. Die brieven worden gerekend tot de epistolaire hoogtepunten van onze literatuur.
Levensloop
Vincent van Gogh wordt als oudste kind van dominee Theodorus van Gogh en Anna Carbentus op 30 maart 1853 in Zundert geboren. Het gezin telt zes kinderen. Aanvankelijk werkt Vincent in Den Haag bij de Franse kunsthandel Coupil & Cie, daarna is hij leraar en hulppredikant, voordat hij kortstondig theologie studeert in Amsterdam. Nadat hij als evangelist heeft gewerkt bij arme mijnwerkers in de Borinage gaat hij zich, mede op advies van zijn broer Theo, toeleggen op het tekenen en schilderen. Hij volgt lessen bij zijn neef Anton Mauve van de Haagse school. Hij leeft in die tijd samen met Sien Hoornik, een voormalig prostituée, die hij regelmatig zal portretteren. In eerste instantie wil hij boerenschilder worden, hij werkt in Drente en in het Brabantse Nuenen. In die periode ontstaat zijn beroemde schilderij De aardappeleters. Na korte periodes in Antwerpen en Parijs trekt hij naar het Zuid-Franse Arles. Daar ontstaan zijn belangrijkste werken. Hij sluit vriendschap met een aantal Franse kunstenaars onder wie Paul Gaugain. Tijdens een handgemeen verliest Van Gogh een stukje van zijn oor. Vincent, die financieel wordt onderhouden door zijn broer Theo, is regelmatig psychisch labiel. Hij laat zich vrijwillig opnemen in een kliniek in 1889. Een jaar later na een kortstondige creatieve opleving schiet hij zichzelf in de borst. Twee dagen later, op 29 juli 1890 overlijdt hij. Hij ligt met Theo, die kort na hem overlijdt, begraven in Auvers-sur-Oise.
Creatieve jaren
Het grootste deel van het picturale werk van Vincent van Gogh ontstaat in de laatste tien jaar van zijn leven. Meestal wordt dat decennium in vijf periodes verdeeld. Tussen 1880 en 1885 als Van Gogh nog in Nederland woont ontstaan scènes uit het boerenleven en portretten van boeren en boerinnen. De jaren 1888–1888 brengt hij in Parijs door. Behalve een aantal beroemde zelfportretten ontstaan schilderijen met Parijse décors. Daarna trekt Van Gogh naar Zuid-Frankrijk. In Arles (1888–1889) ontstaan de fameuze zonnebloemen, maar ook De zaaier en De slaapkamer en talloze verbeeldingen van de bomen en velden in de streek. Tijdens zijn verblijf in een psychiatrische kliniek in de buurt van Saint Rémy schildert hij diverse malen de tuin van de inrichting, maar ook een Piëta en de Opwekking van Lazarus. Na zijn ontslag uit de kliniek werkt hij in de laatste maanden van zijn leven noest aan schilderijen van onder andere korenvelden.
Correspondentie
De omvangrijke correspondentie van Van Gogh is na vijftien jaar onderzoek in zes geannoteerde delen in 2009 verschenen. Er zijn 659 brieven van Vincent aan Theo bekend, die zowel gaan over privé–omstandigheden als Vincents opvattingen over kunst en het kunstenaarschap. Theo is begaan met zijn soms kommervolle omstandigheden en diepe inzinkingen, maar kan hem ook ongezouten zijn mening geven. Wat de schilderijen betreft is Theo het meeste onder de indruk van de latere doeken die in Frankrijk ontstaan. Ook aan andere familieleden zijn brieven gericht, maar deze zijn veel incidenteler verstuurd. Een belangrijk onderdeel van de totale correspondentie wordt gevormd door de briefwisseling met schildersvriend Anton van Rappard, die een heel andere achtergrond had dan Van Gogh, maar hem wel kennis over het perspectief bijbrengt en hem voorziet van anatomische tekeningen. Voorts zijn er brieven aan kunstenaars als Emile Bernard, Paul Gaugain, John Peter Russell en Paul Signac. Al is Vincent van Gogh tijdens zijn korte leven geen gerenommeerd schilder, tijdens zijn laatste levensjaren geniet hij toch een grote waardering bij collega-schilders.