Betje Wolff en Aagje Deken

Betje Wolff en Aagje Deken gelden als onafscheidelijk. Bijna alles wat ze schrijven, schrijven ze samen. De twee vrouwen vormen een geducht schrijversteam. Haarfijn becommentariëren ze in brievenromans als Sara Burgerhart de zeden van de burgerij van hun tijd. Ze sparen hun kritiek niet. Ook zijn ze voor de verworvenheden van de Franse Revolutie en tegen het Nederland van het Huis van Oranje.

 

Betje Wolff

Elizabeth Bekker wordt in 1738 in Vlissingen geboren. Ze verliest haar moeder op dertienjarige leeftijd. Al heel vroeg begint ze met schrijven. In diverse geschriften hekelt ze het orthodoxe geloof van haar Vlissingse omgeving en toont ze zich een aanhanger van de Verlichting. Als zij op zeventienjarige leeftijd wordt ‘geschaakt’ door een vaandrig met wie ze echter onmogelijk kan trouwen, komt ze in een maatschappelijk isolement terecht. Ze wordt eruit gered door Adriaan Wolff, een oudere dominee die met haar een verstandshuwelijks sluit en haar meeneemt naar de Beemster.

 

Aagje Deken

In de Beemster is Betje Wolff eenzaam, maar schrijft ze veel. Ze ondervindt veel kritiek met haar felle geschriften tegen de regenten en de in haar ogen ouderwetse kerk. Eén van haar criticasters is Agatha Deken. Zij is in 1741 geboren in Amstelveen, maar groeit op als wees in Amsterdam. Ook zij begint al vroeg met schrijven. Ze is ontstemd over de felle spot van Betje Wolff en schrijft haar een kritische brief. Er ontstaat een drukke correspondentie, waaruit blijkt dat Wolff en Deken qua mentaliteit helemaal niet zo veel van elkaar verschillen.

 

Lommerlust

De vriendschap tussen beide vrouwen groeit en wordt steeds inniger. Als Adriaan Wolff in 1777 overlijdt, besluiten Wolff en Deken bij elkaar te gaan wonen. Aagje Deken heeft in de tussentijd ook een erfenisje gekregen, dat het hun mogelijk maakt in De Rijp te gaan wonen. In 1781 kopen ze ‘Lommerlust’, een buitenhuis in Beverwijk. In de tuin staat een rieten huisje, waarin ze samen hun werken schrijven. Ze blijven voor de rest van hun leven bij elkaar.

 

Sara Burgerhart

Het belangrijkste boek van Wolff & Deken verschijnt in 1782: de Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart. Hoofdpersoon Sara  beleeft allerlei avonturen en kan maar met moeite op het rechte pad blijven, vooral als zij wordt verleid door de flamboyante ‘R’. Als zij bijna door hem wordt verkracht, komt ze tot bezinning. Wolff en Deken steken hun didactische bedoelingen niet onder stoelen of banken. In de roman willen zij de moderne opvattingen van de Verlichting promoten en tegelijkertijd een nieuwe, burgerlijke moraal voor het voetlicht brengen. Allerlei in hun ogen achterhaalde denkbeelden krijgen er in de roman van langs.

Brievenboek

Sara Burgerhart is een brievenroman. Er is geen verteller aan het woord. De personages wisselen hun belevenissen uit in brieven aan elkaar. Het genre van de brievenroman ontstaat in de achttiende eeuw. Een ander voorbeeld is Les liaisons dangereuses  van Choderlos de Laclos. Het knappe van Sara Burgerhart is de manier waarop alle briefschrijvers van Wolff en Deken hun eigen toon krijgen. Sara Burgerhart wordt wel beschouwd als de eerste moderne Nederlandse roman. Na Sara schrijven zij nog enkele brievenboeken, de omvangrijke Historie van den heer Willem Leevend (1784-1785) en de Historie van mejuffrouw Cornelia Wildschut (1793-1796).

 

Patriotten

Wolff en Deken zijn gematigde aanhangers van de patriotten, de aanhangers van de Verlichting die zich verzetten tegen het huis van Oranje. Als het Pruisische leger de Oranjes in 1787 te hulp komt, lijkt het de dames Wolff en Deken beter om naar Frankrijk te vertrekken. Daar wonen ze enige tijd onder prettige omstandigheden, maar als hun kapitaal opraakt, moeten ze terugkeren naar Nederland. Daar is door de patriotten inmiddels de Bataafse Republiek uitgeroepen. Met hun Gedichten en Liedjes voor het Vaderland steunen zij de radicale patriotten die in 1798 de macht grijpen.

 

Ter Navolging

Betje Wolff overlijdt op 5 november 1804. Slechts negen dagen daarna overlijdt ook Aagje Deken. Zij liggen samen begraven op de begraafplaats Ter Navolging in Scheveningen. Onder die titel publiceert Kees ’t Hart in 2004 een roman, waarin een eigentijdse promovendus de levens van Wolff en Deken kleurrijk en pikant beschrijft.

 

Het Literatuurmuseum beheert van Betje Wolff en Aagje Deken een klein aantal documenten. Er zijn enkele officiële papieren van de kerk van Betje Wolff uit Vlissingen. Ook zijn er enkele brieven, bijvoorbeeld een gezamenlijke brief van Wolff en Deken aan Coosje Busken, een vriendin uit Vlissingen. Zie voor een overzicht van alle documenten van Wolff & Deken in het Literatuurmuseum onze catalogus. 

 

Links

www.literatuurgeschiedenis.nl

www.dbnl.org

www.dbnl.org

Sara Burgerhart op dbnl.org