J. Slauerhoff
(1898–1936)‘Alleen in mijn gedichten kan ik wonen, / Nooit vond ik ergens anders onderdak’. Jan Jacob Slauerhoff is een van de grootste romantische dichters van het Nederlandse taalgebied, en de schrijver van deze beroemde regels. Behalve dichter ook romanschrijver, en een markante persoonlijkheid (om niet te zeggen: een onmogelijk mens). Altijd hopeloos verliefd en eeuwig zoekend: vriend en collega J. Greshoff omschreef hem als ‘een zwervende catastrophe’.
J. Slauerhoff
door Frits Woudstra (1956)‘Nergens voel ik mij zoo leven als op zee’. Frits Woudstra maakte op basis van een bekende foto dit portret van J. Slauerhoff. Hij staat erop met zeemanspet en tussen tropisch groen: zijn werk bracht hem naar verre oorden.
Als scheepsarts bevoer Slauerhoff de wereldzeeën en het isolement aan boord kwam hem goed uit. In zijn hut trok hij zich terug om te kunnen werken aan zijn romans, verhalen en gedichten. Het grootste deel van zijn oeuvre ontstond dan ook terwijl hij onderweg was.
De aantrekkingskracht van de zee en het onvervulbare verlangen zijn in zijn werk altijd sterk aanwezig. De zee was een plek om naartoe te vluchten, weg van de benauwende maatschappij. Op zee kon het verlangen naar eeuwigheid, schoonheid en liefde hem onbeperkt bevangen. Tegelijkertijd versterkte de zee zijn besef van sterfelijkheid.
Ook dichtte Slauerhoff graag en veel over de liefde. Soms zeer intiem en zinnelijk, maar vaak ook cynisch en bitter. Het verhaal van zijn verlangens en pijnlijke teleurstellingen valt eruit af te lezen.
Slauerhoff was een man van tegenstrijdigheden. Getrouwd of vrij. Dokter of dichter. Nederland of het buitenland. Aan wal of op zee. Kiezen kon hij niet, en rust vond hij alleen in zijn werk. Ondertussen raakte zijn door ziektes aangetaste lichaam uitgeput door het reizen. Zijn slechte gezondheid werd hem fataal. Na een veelbewogen leven stierf Slauerhoff in 1936, 38 jaar oud, aan tuberculose.