Nine van der Schaaf
(1882-1973)Nine van der Schaaf
door Dirk Nijland (1881-1955)Op 17-jarige leeftijd werd de Friese Nine van der Schaaf hulp in de huishouding in Den Haag. ‘Ik was naar de stad getrokken met het begin van een roman in mijn koffer,’ schrijft ze in haar memoires In de stroom uit 1956. Ze heeft ambitie, wil schrijven, lezen, maar dienstmeisjes hebben weinig vrije tijd. De vrouw bij wie ze werkt, leidt een cultureel leven en biedt aan haar opleiding te betalen. Van der Schaaf haalt haar onderwijsacte en wil verder studeren.
Als ze in Amsterdam woont en op zoek is naar een uitgever voor haar roman Santos en Lypra leert ze Albert Verwey kennen. Hij waardeert haar werk en vanaf 1905 zal ze veel publiceren in zijn tijdschrift De Beweging – gedichten maar ook meerdere feuilletons. Hij wordt een vriend, vaste meelezer en raadsman. Een jaar lang woont ze zelfs bij hem en zijn gezin in Noordwijk om rust en werkkracht te vinden.
Verweys dochter Mea is vijftien als de 10 jaar oudere Van der Schaaf bij hen verblijft. Ze zal Nederlands gaan studeren en direct na haar trouwen met haar man Constantinus Alting Mees een uitgeverij beginnen, waarvan zij directrice wordt. Hun eerste uitgave is in 1919 Poëzie van Van der Schaaf. Haar novelle Friesch dorpsleven in 1921 betekent de financiële doorbraak van uitgeverij C.A. Mees.
Van der Schaaf gaat veel met het stel om. Na een echtscheiding in 1936 hertrouwt Mea Verwey in 1947 met schilder en graficus Dirk Hidde Nijland, die dit portret maakt. Hij is dan een grote naam, was ooit in de leer bij Antoon Derkinderen en ook voor zijn carrière is Albert Verwey van belang geweest.