Hans Faverey
(1933-1990)Hans Antonius Faverey is altijd zeer terughoudend geweest als het om biografische feiten ging. Hij vond dat zijn poëzie voor zichzelf moest spreken, en dat de gedichten ook een poëtisch, talig verhaal mochten vertellen. Wie gedichten graag begrijpt kan het met Favereys werk soms moeilijk hebben. Wie gewoon durft te lezen wat er staat ontdekt een uniek poëtisch universum.
Hans Faverey
door Rein Dool (1933)Beeldend kunstenaar Rein Dool raakte via schrijver Ed Leeflang bevriend met vele schrijvers. Waarom het zo klikte? ‘Veel schrijvers houden toch van figuratieve kunst, want daar zit een verhaal in. In abstracte kunst ook wel, maar minder. Vergelijk het met kinderen: als je die een plaatje laat zien halen ze er gelijk iets uit’, aldus Dool.
Hij maakte een groot aantal schrijversportretten, van onder andere Maarten ’t Hart en J.M.A. Biesheuvel. Biesheuvel op zijn beurt schreef ooit een kort verhaal naar aanleiding van een feestje bij Dool thuis, waar de kunstenaar vervolgens weer tekeningen bij maakte. Ook maakte Dool tekeningen naar de bundel Gedichten 1962-1990 van Hans Faverey, de dichter die hij meerdere malen portretteerde.
Faverey geldt als een van de belangrijkste dichters van de tweede helft van de twintigste eeuw. Hij bereikte die status zonder polemische manifesten of luidruchtige presentaties. Hij publiceerde gedichten: niks meer maar zeker niks minder. Gedichten waarin de taal de hoofdrol speelt, en waarin taal ook machtiger is dan de werkelijkheid.
Uit de enkele interviews die Faverey heeft gegeven, rijst een ongrijpbare dichter op; iemand die wijst op het opheffen van de tijd, het samensmelten van vorm en inhoud en die jaloers is op de muziek, die de betekenis van woorden kan overstijgen. ‘Faverey is onze grootste zuivere dichter’, schreef essayist en columnist Guus Middag, ‘want bij niemand is het verschil tussen de superioriteit van het gedicht en de onmacht van het spreken erover zo groot.’ Beter dan te zoeken naar de juiste betekenis, is het om Favereys poëzie te ondergaan.