9 december 2020

Bevrijding in de literatuur

Drie schrijvers en drie literatuurhistorici kijken van verschillende kanten naar ‘literatuur en bevrijding’. Adriaan van Dis presenteert deze indrukwekkende online tentoonstelling, vanaf 16 december 2020 te zien op literatuurmuseum.nl.

Hoe werd er na de bevrijding teruggekeken op het verzet? Hoe verwerkten Joodse auteurs de gruwelen van de oorlog in hun werk? Wat gebeurde er met schrijvers die tijdens de oorlog verkeerde keuzes maakten? Het zijn enkele vragen die aan bod komen in de nieuwe online tentoonstelling Bevrijding in de literatuur op literatuurmuseum.nl.

 

Onuitwisbare sporen

De Tweede Wereldoorlog heeft onuitwisbare sporen achtergelaten in de maatschappij – en zo ook in de naoorlogse literatuur. Het vormt dan ook - zeker in het jaar waarin 75 jaar bevrijding wordt herdacht - een interessant thema voor het laatste symposium van de Jan Campert-Stichting. Het sluit bovendien naadloos aan bij de reden waarom de stichting in 1947 werd opgericht: ter blijvende herdenking van het verzet van dichters en schrijvers tegen de Duitse bezetter. Dit symposium wordt vanwege de coronapandemie op een bijzondere manier gepresenteerd, met als bijkomend voordeel dat de inhoud nu blijvend voor een grotere groep literatuurliefhebbers toegankelijk is: op literatuurmuseum.nl is vanaf 16 december de online tentoonstelling Bevrijding in de literatuur te bezoeken.

 

Rijk geïllustreerde lezingen

Jan de Roder, essayist en universitair docent aan de Universiteit Maastricht, kijkt naar de manieren waarop verzet werd omschreven in naoorlogse romans. Hij reflecteert op werk van Willy Corsari, S. Vestdijk en Willem Frederik Hermans. Yra van Dijk, hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit Leiden, bespreekt hoe de bevrijding door Joodse ogen werd bekeken. Joden en andere gevangenen die terugkeerden deelden niet in de feestvreugde. Hun wachtte vooral veel slecht nieuws. Van Dijk behandelt onder andere werk van Marga Minco en Andreas Burnier. Bertram Mourits, hoofd Collecties van het Literatuurmuseum, verplaatst zich in schrijvers die meenden het goede te doen, maar die hierdoor na de bevrijding in de problemen kwamen. Het werk van Roel Houwink staat centraal in zijn verhaal.  

 

Persoonlijke commentaren

Behalve de lezingen, omvat Bevrijding in de literatuur ook een drietal kortere, persoonlijke bijdragen. Abdelkader Benali, Mohammed Benzakour en Ellen Deckwitz herontdekken gedichten en liedjes over de bevrijding. Een vrolijke noot (‘Trees heeft een Canadees’, een lied waarop Benali reflecteert) ontbreekt hierin niet, maar de boodschap is serieus. Vrijheid is niet vanzelfsprekend. Benzakour sluit zijn bijdrage treffend af: ‘Och vrijheid, want bent u toch een prachtig woord, wat klinkt u toch mooi – maar waar hebt u zich verstopt?’

 

Over de Jan Campert-Stichting
De Jan Campert-Stichting is op 18 augustus 1947 opgericht en is vernoemd naar de verzetsdichter Jan Campert, die lang in Den Haag woonde en een tragische dood stierf in Neuengamme. Aanvankelijk werd de stichting in het leven geroepen ‘ter blijvende herdenking van de strijd der Nederlands letterkundigen in de jaren 1940-1945 tegen de Duitse bezetting’. Later is het doel algemener geformuleerd: de Jan Campert-Stichting bevordert de Nederlandse letterkunde. Wat is gebleven van het oorspronkelijke verzetselan is een zekere voorliefde voor eigenzinnige dichters en schrijvers die een bepaalde creatieve vrijheid nastreven en die niet noodzakelijk prijken op bestsellerslijsten. Door de jaarlijkse toekenning van literaire prijzen draagt de stichting bij aan publieke erkenning en een grotere bekendheid van belangrijk geacht literair werk. Daarnaast werd sinds de jaren tachtig elk jaar een symposium gehouden over een letterkundig onderwerp, maar vanwege korting op de subsidie door de gemeente Den Haag komt daaraan nu een einde.  

 

De online tentoonstelling Bevrijding in de literatuur is vanaf 16 december 2020 te zien op literatuurmuseum.nl.