Nazi te Venlo (2011) start als een onderzoek naar de overgrootvader van de schrijver. Was hij werkelijk een nazi, en wat heeft hij in dat geval gedaan? De sporen waaieren uit en het onderzoek breidt zich al snel uit over meerdere gebieden in het verleden en heden. Met grote kennis van zaken beschrijft Hüsgen in zijn fascinerende essays zijn zoektocht, vond de jury. ‘Met oog voor bizarre details’ combineert de auteur ‘schijnbaar moeiteloos, het terloopse met het allergrootste en schreef zo met Nazi te Venlo een werkelijk indrukwekkend boek’.
‘Alle motieven uit Hüsgens eerdere werk [komen] op een fraaie manier tot samenhang: van zijn fascinatie met Korea, tot zijn niet aflatende onderzoek naar de voor- en achterkant van de Romantiek, zijn politiek-maatschappelijk engagement en zijn grote maar kritische liefde voor Duitsland en de Duitse cultuur. De manier waarop Hüsgen met omtrekkende bewegingen werkelijk iets zegt over wat de oorlog betekent en heeft betekend en dat combineert met een zoektocht naar overgrootvader Hüsgen die uiteindelijk “kundig aan de geschiedenis ontsnapte” dwingt bewondering af.’