In 1948 brengt de bijna 13-jarige Rita een zomervakantie bij een Zweeds gezin door. Ze vertelt over wat haar bezighoudt: de voorbereidingen op een logeervakantie, de reis ernaar toe en haar verblijf in Zweden.
‘Een prachtig en overtuigend kinderboek’, vond de jury. In Vreemd land (1995) worden jeugdherinneringen ‘in een zeer geraffineerde literaire vorm gegoten: elk verhaal(tje) vormt als facet van het grotere geheel een eenheid. De jeugdige hoofdpersoon is een volwaardig romanpersonage, geen figurant; ze maakt zich zorgen over een kwestie die kinderen van alle tijden zeer ernstig nemen. Namelijk over de vraag: hoe kom ik over? (…) Hoe leg ik contact in de mij aangeleerde vreemde taal? In hoeverre pas ik mij aan bij de gewoonten van het land? Taal en vriendschap, dat zijn de centrale thema's van dit boek.’
Voor de meeste mensen zijn herinneringen ‘onverbonden flarden, losse beelden, betekenisloze klanken en geuren’, schreef Marjoleine de Vos in het begeleidend essay bij de prijs. ‘Het lijkt wel eens of herinneringen eigenlijk helemaal niet bestaan, of hooguit als onopgehelderde raadsels, als dromen, die zich al evenmin laten navertellen zonder grootscheepse aanpassingen en verdraaiingen.’ Bij Verschuur ‘maken ze, eigenaardig genoeg, een volkomen authentieke indruk’. In NRC werkte De Vos deze gedachte verder uit: ‘Heeft iemand die herinneringen zo kan opschrijven (…) een geweldig geheugen, of veroorzaakt het schrijven zelf de herinnering? Ik denk het laatste. Herinneringen bestaan pas als je ze vertelt of opschrijft, het is de vorm die maakt of ze waar zijn of niet. Die van Rita Verschuur zijn zo waar dat ze ze net zo goed verzonnen kan hebben. Omdat ze zo goed kan schrijven.’
Rita Verschuur debuteerde in 1976 onder de naam Rita Törnqvist met Ze snappen er niets van, en vertaalde uit het Zweeds, o.a. werk van Astrid Lindgren. Onder haar geboortenaam Verschuur schreef ze over haar jeugdherinneringen in Hoe moet dat nu met die papillotten (1993). Het tweede deel, Mijn hersens draaien rondjes (1994) werd bekroond met een Vlag en Wimpel, het derde, Vreemd land (1995), kreeg ook een Zilveren Griffel.