Wolkers debuteerde met de verhalenbundel Serpentina’s petticoat in 1961. De autobiografische roman Terug naar Oegstgeest (1965) was zijn eerste grote bestseller, in 1969 verscheen Turks fruit.
De jury prees Wolkers om het ‘kenmerk van individueel verzet’ in zijn werk, dat hij ondanks zijn grote publieke succes altijd heeft weten te behouden in zijn romans en verhalen, ‘van protest tegen menselijke onmacht en menselijke macht’. Hij heeft zijn ‘eigenheid en literaire kracht’ bewezen door een ‘persoonlijke, beeldende stijl en door de artistieke structuur waarin het motief der tegendraadsheid gestalte kreeg. Met name in die zin representeert dit oeuvre een schrijverschap dat door decennia heen trouw is gebleven aan zichzelf, in weerwil van alle publiciteit eromheen.’