Toen ik niets wist, negentien en een half jaar was, mailde ik met de schrijver, dichter, columnist en stadsdichter van Amsterdam Adriaan Jaeggi. Ik schreef korte verhalen en was begonnen aan een roman, Adriaan Jaeggi las mee en deed suggesties. Hij schrapte clichés en vertelde me dat personages niet al lachend kunnen praten of al pratend kunnen lachen.
Adriaan was scherp, soms hard. Hij hielp me om niet weg te zakken in het drijfzand van de literaire uitgeverijen. Ik mocht op de koffie komen aan de gracht in Amsterdam bij een chic uitgeefhuis. In Breda ontmoette ik een uitgever die me vergeleek met een jonge Kader Abdolah en grote literaire roem voorspelde, ter plekke werd me een contract onder de neus geschoven. Ik tekende niet, hield het hoofd koel en dat kwam mede door Adriaan Jaeggi die me vooraf had gewaarschuwd voor dit soort praktijken.
Omdat ik weggooi en niets bewaar, heb ik de mails niet meer die Jaeggi en ik elkaar stuurden. Twintig jaar later heb ik zelfs weinig herinneringen aan ons contact. Op een paar zaken na die me altijd zijn bijgebleven, zoals de publicatie van zijn bundel Luxeproblemen (2004), en een mail aan het einde van onze mailwisseling. Ik was jong, mijn vader had net ons gezin verlaten. En ik schreef Adriaan elke dag een mail over hoe het met me ging. Op zeker moment antwoordde hij met zes woorden:
‘Beste Roman, ik ben geen babbelbox.’
Ik geloof niet dat ons mailcontact hierdoor bekoelde, ik denk dat hij me voor dat moment genoeg had geholpen. Ik werd twintig, ging studeren en tekende een contract bij een uitgeverij. Ik hoorde pas weer in 2008 over Adriaan Jaeggi. Toen ik in de krant las dat hij veel te vroeg was overleden. Ik schrok me rot. Altijd had ik gedacht hem ergens eens tegen te komen, de hand te schudden en te bedanken voor zijn geduldige, belangeloze begeleiding – waarmee hij wat mij betreft een voorbeeld stelde; voor de ontwikkeling van onze literatuur is het belangrijk dat oudere schrijvers zich nu en dan ontfermen over het talent.
Ik hoorde pas weer in 2008 over Adriaan Jaeggi. Toen ik in de krant las dat hij veel te vroeg was overleden