Een intrigerend verhaal, vond de jury. ‘Winterijs is mooi geschreven, in een vloeiende losse stijl met sobere zinnen en scherpe dialogen die het dunne ijs waarop de drie kinderen schaatsen voortdurend voelbaar maakt. Door die stijl, de toon, de woordkeus en de bezielende inhoud vertelt Winterijs (2002) volwassen en jeugdige lezers iets over het leven waardoor ze rijker worden.’
In de ijskoude winter van 1947 sluit de tienjarige Amsterdamse Thomas vriendschap met de vroegwijze Zwaan en zijn nichtje Bet. Zwaans ouders zijn net als de vader van Bet omgebracht in de oorlog, en Bets moeder is geestelijk totaal in de war. Thomas’ verstrooide vader wisselt baantjes af met werkeloosheid en rouwt om zijn overleden vrouw. ‘De kinderen kunnen alleen maar uiterst spaarzaam over hun verleden en hun verdriet praten. Hun vriendschap is er niet minder intensief om: de maanden die ze met elkaar optrekken zijn vrolijk en avontuurlijk, intiem ondanks de ingebouwde afstandelijkheden, vol verliefdheden en ruzietjes, vol van alles wat jeugdvriendschappen zo onvergetelijk maakt,’ aldus de jury.
‘Van Gestel vertelt een prachtig, ingehouden verhaal over opgroeien, overlevingsdrang, vriendschap en liefde,’ schreef Marieke Henselmans in de Volkskrant.