J.
Bernlef

1994

P.C. Hooft-prijs
J. Bernlef heeft de P.C. Hooft-prijs 1994 gekregen. De oeuvreprijs was dit jaar bestemd voor poëzie. De feestelijke uitreiking vond plaats 17 mei 1994 in het Literatuurmuseum.

De P.C. Hooft-prijs 1994 voor het oeuvre van J. Bernlef is toegekend op voordracht van een jury bestaande uit Anna Enquist, J.D.F. van Halsema (voorzitter), Guus Middag, Rob Schouten, Jan van der Vegt en Aad Meinderst (ambtelijk secretaris). Aan de P.C. Hooft-prijs is een bedrag verbonden van 125.000 gulden (waarvan 50.000 gulden voor een specifiek literair doel).

 

Bernlef (voorheen J. Bernlef) is het pseudoniem van Hendrik Jan Marsman (Sint Pancras, 14 januari 1937 - Amsterdam, 29 oktober 2012). Hij is dichter, romancier, vertaler en toneelschrijver. Hij bezocht de hbs in Amsterdam, samen met G. Brands en K. Schippers, met wie hij een paar jaar later het tijdschrift Barbarber op zou zetten. Zijn leraar Nederlands, Rob Nieuwenhuys, zette de vrienden op het spoor van Alberts, Carmiggelt, Elsschot en Nescio.

 

Hij woonde een tijdlang in Zweden en had tot 1965 verschillende baantjes, onder meer bij een importeur in boeken, voordat hij fulltime schrijver werd. Daarnaast maakte hij proza- en poëzievertalingen uit het Zweeds en het Engels, schreef hij jarenlang poëziekritieken en was hij lange tijd redacteur van het heropgerichte literaire tijdschrift Raster.

 

Hij debuteerde in 1960 als dichter met de bundel Kokkels (Reina Prinsen Geerligsprijs) en als prozaschrijver met de verhalenbundel Stenen spoelen. Daarna publiceerde hij elk jaar wel een of meer dichtbundels, verhalenbundels of romans. Ook schreef hij toneelstukken en een muziektheaterstuk. De belangstelling voor zijn werk en schrijverschap nam enorm toe met de verschijning van de roman Hersenschimmen, in 1984, over een man die aan dementie lijdt en waarvoor hij de Diepzee-prijs ontving. Ook de roman Publiek geheim, over de nawerking van de Hongaarse opstand, werd veel gelezen. Hij kreeg er de AKO-literatuurprijs voor. Over het feit dat hij de P.C. Hooft-prijs kreeg voor poëzie en niet voor zijn verhalend proza, merkte hij op dat hij het een niet belangrijker vindt dan het andere, maar dat voor hem de poëzie wel het uitgangspunt vormt. ‘Voor een roman moet je tevoren in enige mate iets plannen. Voor poëzie niet. Uitvindingen vinden bij mij plaats vanuit de poëzie, omdat een gedicht toch directer, schetsmatiger is. Poëzie is voor mij de kern van waaruit mijn andere werk zich heeft ontwikkeld.’

 

Bernlef kreeg verschillende literaire prijzen, naast de al genoemde. Hij kreeg nog een viertal prijzen voor afzonderlijke dichtbundels en romans en de Constantijn Huygens-prijs voor zijn gehele oeuvre.

Fragment uit het juryrapport

 

De kwaliteit van zijn poëzie werd al meteen erkend door de prijzen die hij voor zijn eerste twee bundels kreeg’, schrijft de jury in haar rapport over Bernlef. ‘Toch is Bernlef voor het lezende publiek vooral een romanschrijver, waarbij misschien te weinig wordt opgemerkt dat zijn verhalend proza in thematiek de consequentie trekt uit wat al in de gedichten was geëxploreerd. Men kan zijn poëzie het hart noemen dat het bloed door zijn hele oeuvre doet stromen.’ Ook wordt in het juryrapport de ontwikkeling geprezen, die Bernlef als dichter heeft doorgemaakt. ‘Bernlefs poëzie is geleidelijk gerijpt tot een stadium waar in bijna elk gedicht de spanning voelbaar is tussen de dingen en wat zij kunnen onthullen als de dichter er de wig van zijn woorden in drijft.


De volledige tekst van het rapport is te vinden in J. Bernlef. P.C. Hooft-prijs 1994, uitgegeven door de Stichting P.C. Hooft-prijs en Querido.

Uitreiking

De prijs is uitgereikt tijdens een feestelijke bijeenkomst in het Literatuurmuseum (toen nog Letterkundig Museum), op 17 mei 1994, vier dagen voor de sterfdag van de naamgever van de prijs, de dichter P.C. Hooft (1581-1647), onze grootste renaissancedichter.

 

Dankwoord

Het dankwoord door Bernlef is te vinden in J. Bernlef P.C. Hooft-prijs 1994, uitgegeven door de Stichting P.C. Hooft-prijs en Querido.

 

Meer lezen over J. Bernlef

 

 

Credits portretfoto: Joost Evers / Anefo / Nationaal Archief, CC0

Word vriend van het museum en maak nieuwe tentoonstellingen mogelijk! Help het museum