In 1966 verscheen van Bert Voeten de dichtbundel Een bord bekijken. Het is een luchtig geheel, vol woordgrapjes die sterk doen denken aan wat J. Bernlef en K. Schippers in die tijd maakten, en dat is niet zo vreemd: sommige van die gedichten hadden in Barbarber gestaan, het tijdschrift dat aan hoogdravendheid in de poëzie een eind wilde maken. Voeten amuseerde zich kostelijk, met gedichtjes als ‘driewieler’: