De P.C. Hooft-prijs 1976 voor het oeuvre van Remco Campert is toegekend op voordracht van een jury bestaande uit Rein Bloem, R.L.K. Fokkema, Judith Herzberg en Gerrit Kouwenaar. Aan de prijs is een bedrag verbonden van fl. 10.000.
Remco Wouter Campert (Den Haag, 28 juli 1929) was het enige kind van de dichter Jan Campert en de actrice Joekie Broedelet. Zijn ouders besloten al snel tot echtscheiding. Tot zijn twaalfde woonde hij afwisselend bij zijn moeder, zijn vader en zijn grootouders. Daarna woonde hij enkele jaren in een pleeggezin, in Epe. Zijn vader overleed in 1942 in het concentratiekamp Neuengamme. Vanaf 1945 woonde Campert met zijn moeder in Amsterdam, waar hij het Amsterdams Lyceum bezocht. Hij raakte begin jaren vijftig bevriend met Rudy Kousbroek, Lucebert, Bert Schierbeek en andere Vijftigers. Vanaf 1950 woonde hij afwisselend in Amsterdam, Parijs, Blaricum en Antwerpen tot hij zich in 1966 definitief in Amsterdam vestigde. Uit zijn vier huwelijken werden drie kinderen geboren. Campert heeft altijd schrijvend in zijn levensonderhoud voorzien. Hij schreef gedichten, verhalen, romans, reclameteksten, columns, scenario´s, vertalingen en journalistieke bijdragen aan verschillende tijdschriften en bladen. Hij was enige tijd redacteur bij de Bezige Bij. Jarenlang schreef hij in dagelijkse afwisseling met Jan Mulder een column voor de Volkskrant. Ook maakte hij theaterprogramma´s met Jan Mulder. Verschillende verhalen en novelles van Campert werden verfilmd. Ook maakte hij samen met Hans Keller een aantal televisie-documentaires.
Hij ontving verschillende prijzen voor zijn werk: de Reina Prinsen Geerligsprijs, de Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam, De Jan Campert-prijs, de Anne Frankprijs, de Prozaprijs van de gemeente Amsterdam en de Cestodaprijs. Zijn werk werd vertaald in het Engels, Tsjechisch, Italiaans, Zweeds en het Bahasa Indonesia. In 2000 werd hem een koninklijke onderscheiding verleend, die hij weigerde.