Charlotte Mutsaers
Jeugd
Utrecht 1954. Het wemelt van de schildpadden in plooirokken. Professoren kakelen Latijn onder zwarte paraplu’s. Studenten wassen zich met bier in zwarte rijtuigen. Kruideniers dragen een potlood achter hun oor. Potloden dragen een puntbeschermer. Aan de Nieuwe Gracht ruisen de linden. Als de vuilnisauto is langs geweest, komt de gemeente-afwasser met zijn grote afwasborstel alle vuilnisbakken van binnen schoonschrobben. Op het heel, het half en het kwart klinken lieflijke carillonklanken uit de Domtoren. Kinderen dragen schooltassen van varkensleer. Wie zonder licht fietst, krijgt een bekeuring, wie zijn hand niet op tijd uitsteekt ook. De parkpik zorgt ervoor dat het gras niet wordt platgelopen. Er zijn rapportcijfers voor Gedrag en Beleefdheid. Vlaggen dragen wimpels en meisjes dragen strikken.
Archief