Het juryrapport

Het juryrapport: de verdrongen auteur

Onder de 73 laureaten van de P.C. Hooft-prijs bevinden zich 60 mannen en 13 vrouwen. Een onafhankelijke jury bestaande uit Karin Amatmoekrim, Jacqueline Bel, Yra van Dijk, Jos Joosten en Mathijs Sanders stelde een overzicht samen van 33 vrouwelijke auteurs die deze prestigieuze prijs wel verdiend, maar niet ontvangen hebben. 

 

Lees hier het juryrapport én bekijk onderaan de video’s waarin drie hedendaagse schrijvers vertellen welke vrouwelijke auteur volgens hen een onbetwistbare plek in de canon verdient.

De P.C. Hooft-prijs, naar een buste van Frits Sieger

Juryrapport

 

Is het mogelijk de geschiedenis te corrigeren? Om eeuwen van uitsluiting recht te zetten, om te herinneren wat er vergeten is, te gaan zien wat er ongezien bleef? Waarschijnlijk niet. We kunnen in ieder geval niet veranderen wat er is gebeurd, maar we kunnen wel eren wie ere toekomt. 

 

Dat is in de geschiedenis van de P.C. Hooft-prijs helaas niet altijd gebeurd. Onder de 73 P.C. Hooft-prijslaureaten bevinden zich 60 mannen en 13 vrouwen. Deze jury kreeg de opdracht om een lijst samen te stellen met vrouwen die de P.C. Hooft-prijs hadden kunnen ontvangen, en vijf namen er speciaal uit te lichten. Voorwaarde was dat ze al overleden moesten zijn: levende schrijvers kunnen de prijs immers nog krijgen.

 

Reguliere juryrapporten noemen vaak de ‘eer’ of het ‘genoegen’ van de jury om een keuze te mogen maken uit zoveel inspirerende schrijvers. In dit geval vond de jury het een twijfelachtig genoegen. Natuurlijk was het een feest om het werk van zoveel inspirerende schrijfsters te lezen en herlezen. Op de longlist staan tientallen namen, zodat ieder van ons ook nieuwe ontdekkingen deed. Avontuurlijke gedichten, scherpe beschouwingen en rake verhalen: we hebben een prachtige zomer gehad. We hopen dat we met onze keuze uit al die namen ook u kunnen inspireren om oud-nieuw werk te gaan lezen en u te laten verrassen door de brille ervan. Als het werk van de vrouwelijke auteurs bij hun leven niet of weinig is opgemerkt, laat hun Nachleben dan een overrompelend succes worden.

We leven in een tijd waarin de literatuur een diverser gezicht heeft en ook vrouwelijke en non-binaire auteurs voor prijzen genomineerd worden en bekroond

Toch beving ons ook een zeker gevoel van vergeefsheid. Hoe feestelijk is het een prijs uit te reiken aan dode schrijfsters, schrijfsters die hem bij leven verdiend hadden? Clare Lennart, Josepha Mendels, Aya Zikken: men heeft het dan over ‘vergeten’ schrijfsters. Laten we die term niet meer gebruiken, omdat die te misleidend is. Zo zijn er vele namen die steeds opnieuw vergeten werden, herontdekt en dan weer snel vergeten, zoals Jacoba van Velde (De grote zaal). Kun je dat nog ‘vergeten’ noemen? Of is het eerder een collectief freudiaans ‘verdringen’, met als resultaat het verdrongen worden uit de literatuurgeschiedenis?

 

In het canoniseringsproces, van uitgever naar recensent, leraar, docent en zo naar jury’s, werden vele belangrijke namen onderweg opzijgeschoven. In de opleidingen Nederlands waren er jaren dat studenten nauwelijks een vrouwennaam tegenkwamen. Als die studenten voor de klas gingen staan, onderwezen ze hun leerlingen de teksten die ze zelf geleerd hadden. De literatuurgeschiedenissen, met hun nadruk op ‘vernieuwing’, richtten zich op tijdschriften van jonge honden die het oude doodverklaarden. Die jonge honden in kwestie waren zelden vrouwen. Vrouwen opereerden zelfstandiger, met minder luidruchtige programma’s en werden dus eenvoudig over het hoofd gezien. Wat een versmalling van ons universum, dat zo’n groot deel van alle verhalen en taal ongehoord bleven.

 

We leven in een nieuwe tijd. Een tijd waarin de literatuur een diverser gezicht heeft en ook vrouwelijke en non-binaire auteurs voor prijzen genomineerd worden en bekroond, en waarbij debuutprijzen vaker naar vrouwen gaan. Een tijd ook waarin het verdrongene gezien wordt, op de sokkel gezet, herontdekt. In de opleidingen en op de scholen lezen we meer boeken van vrouwen dan ooit, literatuurgeschiedenissen worden herschreven en straten naar vrouwen genoemd.

 

Zo wordt ons persoonlijke, culturele en politieke leven verrijkt met ongekende woorden en nieuwe inzichten, om nu echt nooit meer te vergeten. De jury spreekt daarom de hoop uit dat het werk van deze auteurs, die de eer van de P.C. Hooft-prijs niet werd vergund, alsnog behandeld gaat worden zoals dat gaat bij auteurs die de prijs wel kregen. Dat het herdrukt, verkocht, en vooral: gelezen wordt.  

Vijf auteurs die de P.C. Hooft-prijs hadden moeten krijgen 

 

Verhalend proza 

Met haar betoverende roman De tienduizend dingen (1955) veroverde Maria Dermoût (1888-1962) het publiek in Nederland en de Verenigde Staten. Haar nog steeds meeslepende roman die speelt op de Molukken lijkt fragmentarisch maar gaat juist over de samenhang der dingen, over wat ‘voorbij is en niet voorbij’. Volgens Time was het een van de tien beste boeken van 1958. 

 

Voor Bea Vianen (1935-2019) was de wereld een plek van strijd, eenzaamheid en onvrijheid. Haar werk was kritisch, duister, altijd politiek – en toch was het ook wonderschoon. In haar boeken (waaronder Sarnami, hai/Suriname ik ben en Het paradijs van Oranje) vocht zij zich vrij. Net zo lang, tot ze zich aan stukken gevochten had. 

 

Poëzie 

Weinig Nederlandse dichters kunnen bogen op meer dan tachtig jaar van poëzie schrijven, en dan ook nog gedichten die flonkeren – transparant, dynamisch en steeds betrokken op de tijd waarin ze ontstonden. Sonja Prins (1912-2009) ging haar eigen baan. Ook zij werd met Vijftig geassocieerd, maar haar reactie was helder: ‘ik ben even weinig experimenteel/ als een ijsschots’. 

 

In de eerste druk van Paul Rodenko’s bloemlezing Nieuwe griffels, schone leien kwam één vrouw voor: Ellen Warmond (1930-2011): een unieke stem in de tijd van de Vijftigers. Vanaf haar debuut Proeftuin (1953) begeeft zij zich in een ruimte waarin literatuur en existentiefilosofie met elkaar verstrengeld zijn. Die filosofie wordt telkens in concrete beelden omgezet en zodoende voor velen invoelbaar gemaakt.

 

Beschouwend proza 

De eigenzinnige denker en inmiddels herontdekte cultschrijver Andreas Burnier (1931-2002, pseudoniem van Catherina – ‘Ronnie’ – Dessaur) zou nooit in dit lijstje hebben willen staan. Haar subversieve oeuvre ging nu juist over mensen die niet ingelijfd of ingebed zijn. Zelfs de vorm was picaresk en lag nooit vast, en sloot zo naadloos aan bij de fluïde identiteiten die ze beschreef.  

Video

 

We vroegen aan Alma Mathijsen, Shantie Singh en Valentijn Hoogenkamp wie volgens hen een onbetwistbare plek in de canon verdient. Bekijk de video’s hieronder.

Alma Mathijsen over Mary Dorna 

‘Mary Dorna was een geweldige schrijver die aanbeden werd door heel veel schrijvers om haar heen. Door Carmiggelt, door Annie M.G. Schmidt, en dat zijn de schrijvers die we allemaal nu wel nog kennen. Maar Mary Dorna, ik denk dat er weinig mensen zijn die haar naam nog kennen en dat is ontzettend zonde.’

Shantie Singh over Bea Vianen

‘Als Bea Vianen in mijn tijd ook op de leeslijst had gestaan, onderdeel was geweest van de canon, dat had mijn beeld van de hele literatuur in Nederland veranderd. Als ik ook had beseft: wat zij heeft gemaakt is ook echt onderdeel van die canon en zo zien wij dat ook, dat verbreedt gewoon je hele blik en ook de mogelijkheden van die literatuur. En dat gun ik ook de lezers van nu, dat zij dat ook beseffen: dit is ook Nederlandse literatuur.’ 

Valentijn Hoogenkamp over Doeschka Meijsing

‘Ik zal haar nooit kennen en ze is allang dood. En toch weet ik zeker dat ze dit schreef met mij in gedachten, ook al wist ze dat zelf niet. Dat is wel weer het mooie, als een schrijver doodgaat, kan zij nog steeds dat effect bij mij oproepen. Gewoon door haar boeken heb ik het gevoel dat ik haar ken, dat ik een gesprek met haar kan aangaan. Alleen is de relatie nu heel eenzijdig.’ 

Nog 28 auteurs die de P.C. Hooft-prijs hadden moeten krijgen

  • Jo Boer

    Jo Boer

    Verhalend proza

    1907-1993

    Jo Boer

    Jo Boer

    Verhalend proza

    1907-1993

    Jo Boer, schrijver, vertaler en wereldburger. Kruis of munt is een ‘genadeloze, beeldenrijke moeder-dochterroman’ die onlangs werd herontdekt en waar ze in 1949 de P.C. Hooft-prijs voor had kunnen krijgen.

    Foto: Faan Nijhoff

  • Ina Boudier-Bakker

    Ina Boudier-Bakker

    Verhalend proza

    1875-1966

    Ina Boudier-Bakker

    Ina Boudier-Bakker

    Verhalend proza

    1875-1966

    Met romans als De klop op de deur en De straat bereikte Ina Boudier-Bakker een groot publiek voor haar sociaalrealistische en psychologisch overtuigende romans waarin vrouwenlevens een grote rol spelen.

  • Mary Dorna

    Mary Dorna

    Verhalend proza

    1891-1971

    Mary Dorna

    Mary Dorna

    Verhalend proza

    1891-1971

    Mary Dorna publiceerde vanaf de jaren dertig, en ze viel op met haar subtiele en effectieve stijl en kritische, antiburgerlijke personages. Na de oorlog zweeg ze lang, maar in de jaren zestig hernam ze haar eigen plek in de Nederlandse literatuur.

    Foto: Godfried de Groot

  • Renate Dorrestein

    Renate Dorrestein

    Verhalend proza

    1954-2018

    Renate Dorrestein

    Renate Dorrestein

    Verhalend proza

    1954-2018

    Monter feminisme, razend spannende verhalen en een als vanzelfsprekend internationale blik: Renate Dorrestein is een unieke schrijver wier invloed makkelijk te onderschatten is.

    Foto: Ruud Pos

  • Inez van Dullemen

    Inez van Dullemen

    Verhalend proza

    1925-2021

    Inez van Dullemen

    Inez van Dullemen

    Verhalend proza

    1925-2021

    De verhalen van Inez van Dullemen zijn geschreven vanuit een verwondering over, en belangstelling voor andere mensen en culturen. Betrokken en scherp geobserveerd.

  • Henriëtte van Eyk

    Henriëtte van Eyk

    Verhalend proza

    1897-1980

    Henriëtte van Eyk

    Henriëtte van Eyk

    Verhalend proza

    1897-1980

    De kleine parade, de bekendste titel van Henriëtte van Eyk, stamt al uit 1932. Met haar lichtheid en veelzijdigheid ontpopte ze zich in de jaren zestig tot een grande dame van de Nederlandse letteren.

  • F. Harmsen van Beek

    F. Harmsen van Beek

    Poëzie

    1927-2009

    F. Harmsen van Beek

    F. Harmsen van Beek

    Poëzie

    1927-2009

    Onnavolgbaar origineel, maar nooit onbegrijpelijk: de even nonchalante als virtuoze poëzie van F. Harmsen van Beek is van een grote rijkdom.

    Foto: Eddy Posthuma de Boer

  • D. Hooijer

    D. Hooijer

    Verhalend proza

    1939-2013

    D. Hooijer

    D. Hooijer

    Verhalend proza

    1939-2013

    D. Hooijer is een laatbloeier, die wel in één keer haar stem wist te vinden. Op een terloopse manier zet ze de psychologie van haar personages uiterst scherp neer.

    Foto: Chris van Houts

  • Dola de Jong

    Dola de Jong

    Verhalend proza

    1911-2003

    Dola de Jong

    Dola de Jong

    Verhalend proza

    1911-2003

    De oorlog verjoeg Dola de Jong uit Nederland. Vanuit Amerika publiceerde ze in het Engels en Nederlands. De thuiswacht (1954, toen de P.C. Hooft-prijs nog geen oeuvreprijs was) is een P.C. Hooft-prijs-waardige roman.

  • Dirkje Kuik

    Dirkje Kuik

    Verhalend proza

    1929-2008

    Dirkje Kuik

    Dirkje Kuik

    Verhalend proza

    1929-2008

    Schrijver en beeldend kunstenaar Dirkje Kuik thematiseerde in haar werk haar leven als trans vrouw, en was alleen om die reden al baanbrekend. Ze verdient bovendien herontdekking vanwege de nuance waarin ze in haar strijd om haar identiteit blijft hechten.

    Foto: Annelies Flinterman

  • Clare Lennart

    Clare Lennart

    Verhalend proza

    1899-1972

    Clare Lennart

    Clare Lennart

    Verhalend proza

    1899-1972

    Je zou Clare Lennart kunnen omschrijven als de missing link tussen C.C.S. Crone en Manon Uphoff, met haar duistere wereldbeeld, vlijmscherpe psychologie en subtiele stijl.

  • Lizzy Sara May

    Lizzy Sara May

    Verhalend proza

    1918-1988

    Lizzy Sara May

    Lizzy Sara May

    Verhalend proza

    1918-1988

    Van dans naar pantomime naar literatuur: de bijzondere carrière van Lizzy Sara May was een zoektocht naar een manier om haar persoonlijke geschiedenis, getekend door de oorlog, vorm te geven.

  • Doeschka Meijsing

    Doeschka Meijsing

    Verhalend proza

    1947-2012

    Doeschka Meijsing

    Doeschka Meijsing

    Verhalend proza

    1947-2012

    Doeschka Meijsing weet in haar oeuvre het midden te vinden tussen de ‘academische’ schrijvers en de ‘vertellers’. Toegankelijk, maar nooit simpel: Meijsing verkoos het smalle pad.

  • Josepha Mendels

    Josepha Mendels

    Verhalend proza

    1902-1995

    Josepha Mendels

    Josepha Mendels

    Verhalend proza

    1902-1995

    Verzetsstrijder Josepha Mendels debuteerde na de oorlog als romanschrijver. Als wind en rook (1950) was P.C. Hooft-prijs-waardig; met haar latere werk – eigenzinnig, humoristisch – werd ze gewaardeerd als een belangrijke Joodse, vrouwelijke schrijver, maar vooral als onnavolgbaar individu.

  • Hanny Michaelis

    Hanny Michaelis

    Poëzie

    1922-2007

    Hanny Michaelis

    Hanny Michaelis

    Poëzie

    1922-2007

    Een scherpe blik en een onnadrukkelijke stijl: de poëzie van Hanny Michaelis is tijdloos en duisterder dan de subtiele humor soms doet vermoeden.

    Foto: Edith Visser

  • Top Naeff

    Top Naeff

    Verhalend proza

    1878-1953

    Top Naeff

    Top Naeff

    Verhalend proza

    1878-1953

    Top Naeff werd beroemd met een van haar vroegste werken: School-idyllen. Vooral als schrijver van korte verhalen en toneel maakte ze indruk: bundels als Vriendin en Een huis in de rij zijn even diepgravend als economisch van stijl. Naeff was tevens een scherpzinnige toneelcriticus.

    Foto: Jacob Merkelbach

  • Hélène Nolthenius

    Hélène Nolthenius

    Beschouwend proza

    1920-2000

    Hélène Nolthenius

    Hélène Nolthenius

    Beschouwend proza

    1920-2000

    Historica, musicoloog en romancier Hélène Nolthenius benaderde in haar werk de geschiedenis als een romanschrijver. De renaissance had haar grote belangstelling, met Een man uit het dal van Spoleto als hoogtepunt.

    Foto: Jan Drukker

  • Nel Noordzij

    Nel Noordzij

    Verhalend proza

    1923-2003

    Nel Noordzij

    Nel Noordzij

    Verhalend proza

    1923-2003

    ‘De pionier van het onbedrieglijke’, zo omschreef Hella S. Haasse Nel Noordzij, een schrijver die in de jaren vijftig en zestig het sombere naoorlogse Nederland literair weergaf. Een gebrek aan waardering was een van de redenen dat ze haar carrière vroegtijdig afbrak.

    Foto: Edith Visser

  • Rascha Peper

    Rascha Peper

    Verhalend proza

    1949-2013

    Rascha Peper

    Rascha Peper

    Verhalend proza

    1949-2013

    Liefde en eenzaamheid: het zijn vertrouwde thema’s, die Rascha Peper op nuchtere, oorspronkelijke en vaak verrassend positief getoonzette manier vormgaf.

    Foto: Steye Raviez

  • Renate Rubinstein

    Renate Rubinstein

    Beschouwend proza

    1929-1990

    Renate Rubinstein

    Renate Rubinstein

    Beschouwend proza

    1929-1990

    Met dwarsheid als grondhouding maakte Renate Rubinstein het haar lezers nooit gemakkelijk. Er staat altijd iets op het spel in haar beschouwingen.

  • Helga Ruebsamen

    Helga Ruebsamen

    Verhalend proza

    1934-2016

    Helga Ruebsamen

    Helga Ruebsamen

    Verhalend proza

    1934-2016

    Haar hele leven speelde Helga Ruebsamen een literair spel met de werkelijkheid. Ruebsamen lezen is: de spelregels proberen te vinden. In de onmogelijkheid daarvan schuilt de tijdloze kracht van haar werk.

    Foto: Jan Stegeman

  • Annie M.G. Schmidt

    Annie M.G. Schmidt

    Poëzie

    1911-1995

    Annie M.G. Schmidt

    Annie M.G. Schmidt

    Poëzie

    1911-1995

    Weinig dichters hebben de Nederlandse tijdgeest zo scherp en voor zo’n breed publiek verwoord als Annie M.G. Schmidt. Ze portretteerde Nederland, en veranderde het ook.

  • Lin Scholte

    Lin Scholte

    Verhalend proza

    1921-1997

    Lin Scholte

    Lin Scholte

    Verhalend proza

    1921-1997

    Lin Scholte was Nederlands schrijver tegen wil en dank. Ze werd geboren op Java en zou de gehechtheid aan dat moederland nooit kwijtraken. Op fantastische wijze beschreef ze waarover we zelden lazen: het indo-leven voor, tijdens en na de oorlog.

  •  Ida Simons

    Ida Simons

    Verhalend proza

    1911-1960

     Ida Simons

    Ida Simons

    Verhalend proza

    1911-1960

    Een dwaze maagd (1959) had de grote doorbraak van Ida Simons moeten zijn; de autobiografische roman, die een halve eeuw later opnieuw werd uitgegeven, is een lichte schets van een vooroorlogs meisjesleven dat lang niet altijd licht was.

    Foto: Fotoatelier Frans Hals

  • M.H. Székely-Lulofs

    M.H. Székely-Lulofs

    Verhalend proza

    1899-1958

    M.H. Székely-Lulofs

    M.H. Székely-Lulofs

    Verhalend proza

    1899-1958

    Rubber, de bekendste roman van M.H. Székely-Lulofs, verscheen al in 1931. Een baanbrekend en blijvend invloedrijk boek, waarin ze het verhaal van de kolonisatie vanuit meerdere perspectieven over het voetlicht brengt.

  • Jacoba van Velde

    Jacoba van Velde

    Verhalend proza

    1903-1985

    Jacoba van Velde

    Jacoba van Velde

    Verhalend proza

    1903-1985

    Met De grote zaal (1953) was Jacoba van Velde in één klap een grote naam, ook buiten Nederland, dankzij dertien vertalingen. Het boek beschrijft de laatste levensfase en de existentiële onrust die daarbij komt kijken, een verbluffende, P.C. Hooft-prijs-waardige prestatie.

  • Mischa de Vreede

    Mischa de Vreede

    Verhalend proza

    1936-2020

    Mischa de Vreede

    Mischa de Vreede

    Verhalend proza

    1936-2020

    Autobiografische romans, onderkoelde gedichten en betrokken non-fictie: Mischa de Vreede is een veelzijdige, altijd zoekende en vooral scherp observerende schrijver.

    Foto: Kees Heemskerk

  • Aya Zikken

    Aya Zikken

    Verhalend proza

    1919-2013

    Aya Zikken

    Aya Zikken

    Verhalend proza

    1919-2013

    Aya Zikken groeide op in Nederlands-Indië, en uit haar werk blijkt de worsteling die het leven in Nederland kan meebrengen voor iemand met die achtergrond. Haar werk is soms melancholisch, vaak met oog voor het magische, maar nooit sentimenteel.

    Foto: Edith Visser