Als ik honderd willekeurige passanten op de Grote Markt in mijn woonplaats Bergen op Zoom zou vragen: ‘Kent u Lodewijk van Maelstede?’ dan zullen ze naar alle waarschijnlijkheid allemaal antwoorden: ‘Nooit van gehoord.’
Toch was Lodewijk van Maelstede volgens het Lectuur-Repertorium het pseudoniem van een geboren Bergenaar. Het noemde hem een ‘Fijnzinnig Brabants dichter’ die in de jaren dertig van de vorige eeuw regelmatig poëzie publiceerde in bladen als De Nieuwe Eeuw en Roeping. Zijn beroep was onderwijzer. In oktober 1938 verscheen van hem bij uitgeverij Vox Romana een dichtbundel, Eerste gedichten. Bij dezelfde goed-katholieke uitgever was in 1934 een bundel kritieken van zijn stadgenoot Anton van Duinkerken verschenen, en in 1936 het prozadebuut van Godfried Bomans, Memoires of gedenkschriften van Mr. P. Bas. Niet zomaar een uitgeverijtje dus.
Na Eerste gedichten is er geen nieuwe bundel van Van Maelstede meer verschenen, hoewel hij nog tot begin jaren zestig incidenteel dichterlijke bijdragen bleef leveren aan Roeping. Daarna verdween hij uit het oog. Maar in het Literatuurmuseum, dat zonder aanzien des persoons collectioneert, wordt een aantal brieven en handschriften van hem keurig bewaard in omslagen van zuurvrij papier. Bieden die een kijkje achter de schermen?