Het protest van Redi Dron

 

Politiek speelt een grote rol in het jonge Suriname, een traditie die met het antikolonialisme van Anton de Kom begon en die ook vanuit Nederland gevoed wordt. Daar verschijnt de muziek van Redi Dron: Caraïbische protestliederen. 

 

 

Een jonge literatuur in een jong land: het is niet zo vreemd dat politiek zo belangrijk is in de literatuur van Suriname en de Caraïbische eilanden. De linkerkant van het politieke spectrum geniet de voorkeur. Dat was al zo in de tijd van Anton de Kom, die ontdekte dat hij met zijn antikoloniale ideeën eigenlijk alleen bij de communisten daadwerkelijk weerklank wist te vinden: ‘Kameraad A. de Kom vertelt!’ kopt De Tribune, de partijkrant van de CPN.  

De Tribune, 27 mei 1931

Ook Michaël Slory kwam in communistische kringen terecht toen hij eind jaren vijftig naar Nederland verhuisde; in 1961 verschijnt zijn dichtbundel Sarka / Bittere strijd, met een voorwoord van Theun de Vries. Hij zat op school bij R. Dobru (pseudoniem van Robin Ewald Raveles), wiens politieke belangstelling ontkiemde toen hem werd verboden Sranan Tongo te gebruiken, niet alleen op school, maar zelfs tegen zijn ouders: ‘Thuis moest je tegen je ouders Nederlands spreken, al spraken zij je in het Surinaams aan. Eén keer heb ik het geprobeerd en er is mij door mijn moeder bijna een tand uit de mond geslagen’, schreef hij in 1969 in Wan monki fri. Bevrijding en strijd.  

 

Dobru beperkte zich in zijn politiek niet tot de poëzie; hij werd voor de PNR (de Partij Nationalistische Republiek waarvan hij in 1961 medeoprichter was) in het parlement verkozen. Bij een demonstratie werd hij mishandeld door de politie, wat zijn politieke betrokkenheid alleen nog maar vergrootte. 

<span class="caption">R. Dobru: <i>Suriname. Solidaridad. Amistad, Anti-imperialista, 1978</i></span></p><p> </p> R. Dobru: Suriname. Solidaridad. Amistad, Anti-imperialista, 1978

 

Ook in zijn poëzie bleef hij politiek, en in 1978 verscheen een bundel uitgegeven door het Surinaamse ministerie van Onderwijs, Wetenschappen en Cultuur, bij de gelegenheid van een groot studentenfestival in Cuba: Suriname. Solidaridad. Amistad, Anti-imperialista (solidariteit, vriendschap, anti-imperialisme).

Drie talen waren vertegenwoordigd in de bundel: Sranan Tongo, Spaans en Engels. Niet alle drie de gedichten waren in alle talen opgenomen, maar zijn beroemdste gedicht wel: ‘Wan bon’ (één boom), waarvan de eerste en laatste strofe luiden: 

Wan bon 
someni wiwiri 
wan bon. 

[…] 

Wan Sranan 
someni wiwiri 
someni skin 
someni tongo 
wan pipel. 


Eén boom 
zovele bladeren 
één boom. 

[…] 

Een Suriname 
zoveel soorten haar 
zovele huidskleuren 
zoveel aan talen 
Eén volk 

 

(Vertaling: Edgar Cairo)

Ook op het toneel van Thalia waren regelmatig protestliederen te horen en werden geëngageerde toneelstukken opgevoerd, met een voornamelijk linkse oriëntatie. Enkele van die protestliederen werden verzameld op een cassettebandje, van oudsher de geluidsdrager van het protest. 

 

Het Surinaams Volkskultureel Assemblee – een vanuit Nederland opererende marxistische actiegroep – bracht een cassette uit van Redi Dron (‘De rode trom’), met Stré Pokoe (‘strijdmuziek’). 

Cassette van Redi Dron

Het zijn veertien ‘Surinaamse Revolutionaire strijdliederen voor een verenigd demokratisch Suriname in verzet tegen NL kolonialisme, imperialisme, kapitalisme, racisme en fascisme’. De titel: Tide, Tamara Wi È Stré Go Moro Fara! (‘Vandaag en morgen strijden we om vooruit te komen!’).

 

De eerste drie nummers: 

 

Hamara desh 

De cassette opent met ‘Surinaams hamara desh’. Het nummer ademt de sfeer van rockmusicals: Het is een Surinaamse versie van een Hindi-klassieker: ‘Desh Hamara Desh’ (Dit is ons land). Je kan je dit voorstellen als nummer in de musical Hair.  

 

 

 

 

Abra na begi sa 

Wie bij ‘protestsongs’ verwacht liedjes in de stijl van Bob Dylan of Donovan te krijgen, kijkt vreemd op. ‘Abra na begi sa’ (Geef je over aan gebed) komt nog het meest in de buurt, met zijn klaterende akoestische gitaren en percussie.

 

 

 

 

Pramisi mi 

De muziek verwijst meestal niet naar de Amerikaanse singer-songwritertraditie. De sfeer van ‘Pramisi Mi’ (Beloof me) is juist weer prettig ontspannen, en doet bij vlagen Mexicaans aan.  

 

 

 

 

De informatie op de inlay is zuinig: namen van zangers of instrumentalisten zijn er niet. En in het blaadje van het Assemblee worden ze gebracht als ‘een muziekgroep bestaande uit 1 voorzangeres, 1 slaggitarist/zanger, 1 conga-en bongospeler, 1 sologitarist’.

 

Geen namen, geen ego’s: Redi Dron was duidelijk een collectieve onderneming. 

Muziekgroep Redi Dron. Een advertentie in het programmablad van het Surinaams Volkskultureel Assemblee (1981)

Alle thema’s

Terug naar het overzicht
Caraïbische Literatuur - Het protest van Redi Dron - Literatuurmuseum / Kinderboekenmuseum
Het protest van Redi Dron
Colofon Colofon

Literatuur en verantwoording

Vrijwel al het materiaal in deze tentoonstelling is ontleend aan het archief van Michiel van Kempen dat in 2022 werd verworven door het Literatuurmuseum. Tevens is gebruik gemaakt van een schenking van Lia van de Pas, die diverse in Suriname uitgegeven boeken naar het museum bracht.


Colofon

Onderzoek, samenstelling en teksten: Daan Cartens (‘Het gezag van Pos’), Bertram Mourits en Thalia Ostendorf.
Vertalingen: Bertram Mourits (tenzij anders aangegeven).
Redactie: Jennie Barbier
Eindredactie: Aafke van Hoof


Digitaal ontwerp: JUST
Beeld: collectie Literatuurmuseum
Foto’s archiefmateriaal: Michiel Spijkers